Prinsjesdag, dit gaat er veranderen

Afgelopen dinsdag was het Prinsjesdag en zijn de kabinetsplannen voor 2023 bekend gemaakt. In deze tijd van inflatie en sterk toenemende energieprijzen reden voor het kabinet om aardig wat maatregelen te nemen. Maar wat houdt dat in voor jou als (startende) tandarts? We hebben de meest belangrijke maatregelen voor jou als startende ondernemer, zzp-er, mkb-er op een rijtje gezet.

Wat wel goed is om te weten; het betreffen hier wetsvoorstellen en/of plannen, die, as we speak, besproken worden in de Tweede Kamer en dus ook nog moeten worden goedgekeurd. De wetten zijn vooralsnog dus nog niet aangenomen, de plannen kunnen nog veranderen.

 

Zelfstandigenaftrek sneller omlaag

Als startende ondernemer is een van je belangrijkste aftrekpost de zelfstandigenaftrek. Hiermee verlaagt je belastbare winst en daardoor betaal je minder inkomstenbelasting. Deze aftrekpost is afgelopen jaren al gedaald, waardoor het voordeel steeds minder groot werd.

Komend jaar (2023 dus) zal de zelfstandigenaftrek nog sneller dalen. In 2023 is de zelfstandigenaftrek € 5.030. In 2027 zal de aftrek nog slechts € 900 zijn. De plannen waren eerder om deze aftrekpost te laten dalen tot € 3.240 in 2036, maar hier wordt dus behoorlijk in gesneden.

Je zal begrijpen dat je dus meer inkomstenbelasting moet betalen als zelfstandig ondernemer door deze maatregel. Hiertegenover zet het kabinet wel een paar maatregelen tegenover. Het basistarief voor de inkomstenbelasting verlaagd en stijgt de arbeidskorting. Het kabinet heeft aangegeven dat per saldo de meeste zelfstandigen er op vooruit gaan, maar je gaat er op achteruit wanneer je een winst vanaf ongeveer € 70.000 realiseert.

Daling basistarief inkomstenbelasting

Met een omzet tot € 69.399 val je als ondernemer met een eenmanszaak of VOF in de eerste belastingschijf. Je betaalt dan het lage tarief, dat in 2023 wordt verlaagd. De schijf daalt van 37,07% naar 36,96%.

Ook verhoogt de arbeidskorting, zodat je belastbare inkomen lager wordt. Met deze twee maatregelen betaal je dus wat minder als je werkt of in loondienst bent.

Verhoging basistarief vennootschapsbelasting

Wanneer je als ondernemer een besloten vennootschap hebt betaal je vennootschapsbelasting (vpb). Deze gaat vanaf volgend jaar omhoog. De vbp bestaat ook uit twee schijven. De schijfgrens wordt verhoogt, waardoor je als bedrijf eerder in de hogere schijf valt. Het lage tarief gaat ook mee omhoog.

  • De schijfgrens verlaagt van € 395.000 naar € 200.000

  • Het tarief in de lage schijf verhoogt van 15% naar 19%

Afschaffing fiscale oudedagreserve

Een deel van je winst kan je nu nog reserveren voor je pensioen met de zogenaamde FOR. Over dat deel betaal je dan geen belasting.Dit bedrag komt vrij wanneer je met pensioen gaat of met je bedrijf stopt, op dat moment betaal je uitgestelde belasting. Het kan dus een manier zijn om je belastingdruk te verlagen.

In 2022 kan je hier nog wel gebruik van maken, per 1 januari 2023 wordt de FOR echter afgeschaft.  

Veranderingen voor werkgevers

Wanneer je in 2023 personeel in dienst hebt, of neemt gaan er ook een aantal zaken veranderen. De grootste verandering in de kabinetsplannen heb je vast al gehoord: het minimumloon stijgt maar liefst met 10%. Niet iets waar je snel aan denkt bij tandartsen in de regel, maar wellicht heb je ook iemand in dienst die in deze categorie valt.

Onbelaste vergoedingen

De onbelaste reiskostenvergoeding en thuiswerkvergoeding worden ook verhoogt. De laatste zal wat minder voorkomen in de praktijk, maar je kan dus voordeliger vergoedingen aanbieden aan je werknemers.

  • De onbelaste reiskostenvergoeding verhoogt van € 0,19 naar € 0,21 per kilometer. Naar het zich aan laat zien zullen deze in 2024 naar € 0,22 per kilometer gaan.

  • Wellicht minder relevant, maar we noemen hem toch: de onbelaste thuiswerkkostenvergoeding verhoogt van € 2,00 naar € 2,13 per dag.

Lagere loonkosten door Aof en WKR

Per 2023 worden de loonkosten voor bedrijven verlaagd. Als je personeel in dienst hebt betaal je een premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof), deze zal worden verlaagd.

Ook wordt de vrije ruimte van de Werkkostenregeling (WKR) verhoogt. Zo kun je meer onbelaste vergoedingen aan je werknemers geven.

Twee schijven voor Box 2

Er komen twee belastingschrijven voor Box 2. Deze is relevant wanneer je tenminste 5% van de aandelen van een coöperatie of vennootschap bezit. Tot € 67.000 is de belasting 24,5% en daarboven 31%. In 2022 is het tarief 26,9%. Hierdoor hoopt het kabinet dat bedrijven hun winst vaker uitkeren, waardoor aandeelhouders in de eerste schijf terecht komen. Ofschoon de maatregel is gepresenteerd op Prinsjesdag 2022, zal hij pas in 2024 ingaan.

Bronnen: Rijksoverheid & Rabobank